Kleine Zusters van Jezus dankbaar voor verbondenheid

Sinds tweeënhalf jaar wonen drie ‘Kleine Zusters van Jezus’ in een flat op IJburg, een nieuwe buitenwijk van Amsterdam (foto: kapel van de zusters). Ze doen deze week mee met de gebedsketen voor het Jaar van het Godgewijde Leven. “In onze persoonlijke en gezamenlijke gebeden zullen we God danken voor de gave van het religieuze leven en van de verschillende charisma’s”, zo laten ze weten. “We zijn dankbaar voor de verbondenheid tussen religieuzen die door de gebedsketen ontstaat en zullen de Geest vragen dat Hij in ons allen het vuur van het begin brandend houdt.” De congregatie van de Kleine Zusters van Jezus bestaat precies driekwart eeuw. “Onze stichteres, Magdeleine Hutin (1898-1989) was geraakt door de levenswijze van Charles de Foucauld (1858-1916). Beiden waren geboeid door Jezus van Nazareth en wilden het evangelie verkondigen, meer door heel hun leven dan door veel woorden. Ze geloofden dat God te vinden is juist daar waar je het niet zou verwachten.” Charles de Foucauld vond dat religieuzen tussen ‘gewone mensen’ moesten wonen. Hijzelf leidde een contemplatief leven te midden van de Toearegs in Noord-Afrika. “Voor ons is de nieuwe start op IJburg een grote uitdaging geweest, een sprong in het diepe”, aldus de zusters, die voorheen in de Amsterdamse Jordaan en in Den Haag waren gevestigd. “We voelen ons geïnspireerd door de woorden van paus Franciscus: ‘De heilige Geest laat ons de horizon zien en dringt ons naar de buitengebieden van het bestaan om het leven van Jezus Christus te verkondigen. Laten we ons de vraag stellen of we de neiging hebben ons op te sluiten in onszelf, in onze groep, of dat we toelaten dat de heilige Geest ons ontvankelijk maakt voor de missie.’ “